Moslim wetenschappers waren het mee eens met de oude Grieken dat wiskunde fundamenteel was voor alle wetenschappelijke studies. Als iemand een goed inzicht ontwikkelt in wiskunde, dan zou elk ander gebied van wetenschap benaderd kunnen worden met de kunst van logica en beredenering ontwikkeld door het bestuderen van wiskunde. In feite, Aristoteles, wie de Arabieren ‘’De Belangrijkste Leraar’’ noemden, schreef boven zijn deur van zijn huis:
“Laat niemand naar binnen die geen kennis heeft van wiskunde’’
Vroeg in de 8e eeuw reisden geleerden naar Bayt al-Hikmah (Huis der Wijsheid) in Bagdad waar zij werkten voor een samensmelting van Griekse, Perzische en Indiaanse wetenschappen te verenigen met de Islam. Degene die werkten in Bagdad zagen snel de wetenschap van wiskunde als een poort, voor het begrijpen van niet alleen de fysieke wereld om hun heen, maar ook de eenheid van de spirituele wereld. Ze zagen in wiskunde een duidelijke concept van tawhid en de eenheid van God. Wiskunde werd een manier om Gods eenheid uit te drukken in meerderheid.
Als voorbeeld is er een geometrische perfectie in de honingraat van een bijenkorf welke is opgebouwd van achtzijdig vormen, maar toch kan de ene vorm niet functioneren zonder de anderen. (Heb je ooit een honingraat gezien die uit een vorm bestaat?) Filosofen en wetenschappers dachten na over de natuur en vonden diepe religieuze symbolen in zulke dingen. Als voorbeeld was in de gedachten van Moslim geleerden, honingraat een symbool of een teken van de werken van de Schepper. Net als elk hoek van een honingraat wat behoefte heeft aan alle andere hoeken en voor de bijen om te kunnen overleven, kunnen mensen niet overleven zonder de hulp van hun medemens en de wegwijzing en genade van Allah. Deze link tussen getallen en het Goddelijke was zo belangrijk voor de vroege Moslim geleerden dat de wetenschap van getallen werd beschouwd als ‘’de tong die spreekt van eenheid en perfectie’’
De Hoofdelementen van Wiskunde
De hoofdelementen van wiskundige studies waren rekenkunde, geometrie, astronomie en muziek. Vele Moslim geleerden zoals, al-Farabi, schreven essays over de links tussen muziek en wiskunde evenals de geruststellende effect van muziek op het ziel. Deze boeken werden vertaald naar het Latijns en werd bestudeerd door latere Europese filosofen. Muziek was eigenlijk een tak van wiskundige studies. Moslim geleerden hadden hun sterkste invloed op het Westerse wiskunde op het gebied van algebra en trigonometrie. Het woord ‘’algebra’’ is oorspronkelijk een Arabische term dat gelatiniseerd is, het eerste gedeelte van al-jabr wal muqabala- herstelling en afronden van de gedeeltes. Het zelfde woord wordt gebruikt voor het zetten van gebroken botten.
Moslims mengden de invloed van 2 oude culturen om een Islamitische filosofie van wiskunde te ontwikkelen. Een daarvan was die van de Grieken, die wiskunde gebruikten om de eindige orde in de kosmos te benadrukken door het inzicht in getallen en vormen. De werken van Euclid en Nicomachus van Gerasa waren belangrijk in het vormen van de basis. Vroeg in de 8e eeuw werden hun werken vertaald in Bayt al Hikmah. Werken aan getallen theorie duurde voort in de daarop volgende eeuwen en bevatte de namen van vele Moslim wiskundigen zoals, Thabit Ibn Qurrah, Kamal al-Din al-Farisi, al-Khwarizmi en Umar Khayyam. Khayyam is het meest bekend in het Westen met zijn gedichten, maar hij schreef ook belangrijke werken over niet-Euclidische geometrie en irrationele getallen.
Met hun nieuwsgierige en kritische houding waren Moslim wiskundigen in staat om een aantal ideeën van Aristoteles te herzien in wiskunde en boekten belangrijke vooruitgang waarop later Westerse wiskundigen voortzetten. De andere invloed kwam van India, waar geleerden wiskunde zagen met Oosterse wijsheid, gebaseerd op Oneindigheid. Indiase wiskundigen bedachten een systeem voor het schrijven van getallen dat een doorbraak was voor de bestudering van wiskunde. Gebruik makende van deze nieuwe Hindi getallen en het begrip van nul als plaathouder, ontwikkelden geleerden in de Moslim traditie wiskundige stellingen en bewijzen gebaseerd op deze eerdere bronnen en beantwoordden vele vragen welke oude geleerden hadden voortgezet, maar niet in staat waren om ze te beantwoorden.
Trigonometrie was een ander gebied waarbij Moslim wiskundigen een belangrijke bijdrage leverden. Door gebruik te maken van driehoeksmeting om de beweging van de sterren te meten, om de positie van de aarde te bepalen door gebruik te maken van referentie punten, om afstanden nauwkeurig te kunnen meten voor cartografie (landkaartkunde) en werktuigbouwkunde waren belangrijke vaardigheden die ondersteund werden met wiskunde kennis. Moslim wiskundigen stelden trigonometrische (bolmeetkunde) tabellen samen en introduceerden in het westen de concepten van sinus, cosinus, tangens en vele andere termen. De moslims erfden de Babylonische 6talige stelsel en gaven die door en pasten het toe aan geografie. Moslim wiskundigen pasten ‘’de rekenkunde van astronomen’’ toe of ‘’de rekenkunde van graden en minuten’’ op wiskundige geografie die wij nu kennen als lengte en breedtegraad. Al-Fargani leidde een expeditie om de berekening van de omtrek van de aarde te testen door een graad lengtegraad te meten. De meting van al-Fargani, geciteerd door Columbus in zijn dagboek kwam dicht in de buurt van moderne metingen van de aarde.
De banden tussen wiskunde en astronomie kwam tot volwassenheid toen Moslim geleerden de wetenschap van boltrigonometrie ontwikkelden om de beweging van hemellichamen te begrijpen. In astronomie, was de hulp van Sabaietische geleerden erg belangrijk. Sabaieten, of ‘’sterrenaanbieders’’, waren oorspronkelijk woestijnbewoners in de regio van Irak. Ze hadden een diepe inzicht in astronomische verschijnselen die veel verder was dan andere culturele groepen in dezelfde regio. Deze kennis als erfgoed schreven drie beroemde Moslim ingenieurs en wiskundigen, de gebroeders Musa bin Sakir leverden een belangrijk werk over de meting van vlakken en bolfiguren. Later werd dit werk door een Europese geleerde, Gerard van Cremona vertaald en uiteindelijk gedrukt in het Latijn. Ibn el-Haytham, bekend in het westen als ‘’Alhazen’’ was ook een wiskundige die zich bezig hield met vraagstukken over gekromde oppervlaktes, in het bijzonder over lenzen. Door nauwkeurige berekeningen en experimenten uit te voeren loste hij wiskundige problemen op met betrekking tot het gedrag van licht, de reflectie en berekening ervan. Dit werk leverde een enorme bijdrage voor de productie van brillen, telescopen en later microscopen. Door gebruik te maken van geometrie loste Ibn el-Heysem uiteindelijk vergelijkingen van de vierde graad op in zijn beroemde oplossing van het zogenaamde ‘’Alhazen’s probleem’’.
{mosgoogle left}
Muhammed ibn Musa al-Kwharizmi is misschien wel de meeste bekende van alle Moslim wiskundigen. Zijn ‘’boek van al-Khwarizmi’’ werd later een bron voor onze woord ‘’algoritme’’. In de 9e eeuw schreef deze geleerde werken die later naar het Latijn werd vertaald. Dankzij deze vertalingen kwam al-Jabr (Algabra) naar Europese geleerden.