De ontwikkeling van de wetenschap van scheikunde door Moslim alchemisten

Deze lange traditie van alchemie weerspiegelde de behoefte van de mens om de fysieke wereld te combineren met de spirituele. Deze traditie vond vruchtbare aarde in Islamitische landen. In een zoektocht naar de pure steen der filosofen, voerden ze experimenten uit en noteerden die later weer als belangrijke bouwstenen voor scheikundige experimenten. Terwijl alchemie in het begin een ‘’valse wetenschap’’ was, bleek het lange streven toch uiteindelijk erg nuttig te zijn. Francis Bacon (1561-1626), een vroege pionier van Europese wetenschap, erkende het belang van de valse wetenschap van alchemie met het verhaal van een stervende man en zijn zonen:

‘’…een stervende man had eens tegen zijn zonen gezegd dat hij goud had verstopt in zijn wijngaard, waarna de zonen begonnen te graven op zoek naar het goud. Doch het goud bleek nergens begraven te zijn, maar doordat ze overal in de wijngaard bleven graven naar het goud werd de aarde in de wijngaard zo bewerkt dat ze uiteindelijk een goede oogst kregen. Dat was dus het goud wat de vader bedoelde.’’

De basis van alchemie was de opvatting dat “alles in alles is”; het is een proces bedoeld voor de verbetering van het al bestaande – als basis metalen veranderd konden worden in goud, dat de meest onbeschofte van alle mensen konden geleid worden tot God. Diegenen die alchemie meer in spirituele licht zagen geloofden dat indien men een staat van puurheid wilde bereiken in het al bestaande, dat men dan eerst het einde moest brengen van het bestaande materiaal. In het geval van de basismetalen; was het nodig om ze te smelten tot hun laagste vorm. In het geval van de mens: voor hem was het nodig om zijn ego en wereldlijke lusten te vernietigen om een proces van herontwikkeling en groei naar spirituele ontwaking mogelijk te maken. Wanneer een persoon dit punt bereikte, zou de alchemist kunnen beginnen met “schone lei”, en vormde een leidraad voor hem of haar in haar zoektocht voor het pad naar zuiverheid en begrip van het heilige.

Bijvoorbeeld gaven de werken van Al-Razi (865-925 na Chr), Rhazes in het westen, een uitvoerige beschrijving van het proces voor het smelten van metalen. Terwijl referenties naar het symbolische of spirituele aspect van alchemie ontbrak, geeft zijn boek “ over het geheim der geheimen” een kijk in de wereld van vroege ontdekkingen van chemische processen:

“Van alle “lichamen” is ijzer het moeilijkst te smelten. Het wordt niet zo vloeibaar als water, uitgezonderd na behandeling en het gebruik van Medicijnen. Dit is het proces van smelten. Neem vijlsel van metaal , zoveel als je wil, en nadat je een kwart van het gewicht aan gepoederd rood (arsenic zwavel). Roer het mengel, stop het in een tas, en smeer het in met goede klei en plaats het in de oven. Neem het uit en weeg het. Gooi dan een zesde van het gewicht aan ( gehydrateerd sodium carbonaat) erop, en voeg olijfolie toe aan het mengsel. Vervolgens wordt het geplaatst in een geperforeerde oven, die op elkaar zijn verbonden. Wat naar beneden komt wordt gevangen en weer gesmolten. Dan sal-ammoniak en Syrische vitriol—beide gepoederd en gemengd met olijfolie- worden genomen en gevormd tot kleine balletjes en het wordt dan gevoed met deze. Het mag zoveel malen als men wil gesmolten worden, omdat dat toevoegt aan de bewerkbaarheid en de witheid. Wanneer het proces wordt herhaalt, wordt de massa zo zacht dat het eruit geslagen kan worden, en zal het net zo makkelijk smelten als zilver” .

In verdere werken beschrijven alchemisten zoals Jabir Ibn Hayyan ( bekend door zijn Latijnse vertalingen als Geber in het westen) de eigenschappen en het gebruik van zulke substanties als alcohol( een Arabisch woord) , alum, zwavel, kalk, glas en vele andere materialen welke gebruikt in scheikundige experimenten. De “Summa Perfectionis” van Geber en de “Kist der Wijsheid” waren handboeken van scheikundige kennis die gelezen werden door Europese wetenschappers. Deze boeken beschreven processen waarbij mineralen veranderden van eigenschap door hitte, door reactie met andere substanties of reactie door blootstelling aan lucht. Scheikundigen leerden scheikundige veranderingen zoals calcinatie en kristallisatie te regelen. Ze ontwikkelden en beschreven vele substanties die nuttige chemische toepassingen hebben, zowel in farmacie of productieprocessen. Ze identificeerden de chemische eigenschappen van materialen zoals keramieken, glas en metalen. Ze ontwikkelden laboratorium middelen voor het pulverisatie, smelten , filteren, distilleren en verbranden van substanties op verschillende temperaturen. Sommige van deze apparaten hebben nog steeds Arabische namen. zoals de alembic, en een gedeelte van de bekers en glas containers hebben hun originele vorm en functies behouden.

Alchemisten hadden zelfs een brander ontwikkeld voor het geleidelijk verhitten van substanties. Deze was ontwikkeld in Irak , waar gasbronnen in overvloed waren dicht bij de aarde. Experimenten werden ook uitgevoerd met distillatie van petroleum, waarbij witte oplossingen werden geproduceerd en vervolgens werden gebruikt bijvoorbeeld voor het watervrij maken en lakken voor hout. Ongetwijfeld was niet elke observeerder van natuurlijke materialen, metalen en substanties een alchemist. Al-Biruni ( stierf na 1050 na Chr.) had een onstilbare honger naar kennis en noteerde stapels met informatie gedurende zijn uitgebreide reizen en observaties. Al-Biruni beschreef mijnbouw, metaalbewerking en vele andere processen beoefend door handwerksman en vele anderen in verschillende gebieden. Al-Kindi, de multi-getalenteerde wetenschapper en filosoof schreef o.a een boek over Parfum Scheikunde en Distillatie.

Veel van de processen voorgebracht door alchemie en observatie door Moslim wetenschappers wierpen hun vruchten af op verschillende gebieden zoals cosmetica (extracten van bloemen en andere organische parfums), farmacie ( disinfectanten, zalven en siropen inclusief extracten van kruiden en mineralen), keramiek en glas ( mineraal zouten voor glazen, klei en hitte processen) , kunst en handwerken ( pigmenten voor houtbewerking, tekstielen, glazen , verven en inkten), en natuurlijk ook metaalbewerking en mijnbouw, in welke nieuwe methodes voor het ontrekken van metalen en afgeleiden van metalen van aan ertsen, en de nuttige eigenschappen van metallieke substanties werden ontdekt. {mosgoogle left}Het beste van wat werker in deze traditie ontdekten was het maken van noteringen en nadenken over het gedrag, verandering en transformatie van natuurlijke substanties en de ontwikkeling van nuttige instrumenten en gereedschappen voor dit doel. Deze processen zijn de processen dat wetenschappers van verschillende culturen gebruikten voor de “wonderen” van scheikunde die veel hebben betekend voor de verandering en verbetering van onze levens tot heden.